In het Kippenparadijs draaide het niet om de mens als middelpunt van het universum, maar om de kip, en daarmee om de natuur als geheel. Het idee dat de mens boven alles staat, antropocentrisme genaamd, heeft de planeet en haar niet-menselijke bewoners weinig goeds gebracht. Het blijkt ook voor de mens zelf een slecht plan te zijn.
Toch lijken we meer op kippen dan je misschien denkt. Kippen hebben zelfbewustzijn: ze kunnen hun eigen gedrag waarnemen, evalueren en aanpassen. Ze onthouden wel honderd andere soortgenoten en mensen, en ervaren emoties zoals verdriet, vreugde, verveling en zelfs depressie. Kippen zoeken menselijk contact, houden van knuffelen en gezelschap. Daarnaast verteert dit nuttige dier jaarlijks bijna vijftig kilo keukenafval. In de mythologie van de oude Grieken staat de kip symbool voor leven, dood en wedergeboorte.
De kleurrijke variëteit aan kippenrassen die in dit matriarchaat rondscharrelde, was van net zo’n uiteenlopend pluimage als de mens. Eierentorens markeerden dit levende diorama. De futuristische moederkloek of opperkip fungeerde als nachthok. Alles was ontworpen rond het welzijn van de kip. De kunstenaar hergebruikte voor de voederbakken en speeltjes materialen uit de pottenbakkerij van de Sint-Paulusabdij.
Deze ‘ladies only’-gemeenschap van kippen deed op een bepaalde manier denken aan kloostergemeenschappen. Ook daar staat niet het individu centraal, maar iets groters – het goddelijke. Er wordt samengeleefd, gezorgd en gereflecteerd op het leven en de dood. Dit Kippenparadijs sloot aan bij het verleden van deze plek. In 1956 begonnen de broeders van de Sint-Paulusabdij een kippenvermeerderingsbedrijf dat jarenlang een begrip was in Nederland. Later werd de ruimte omgebouwd tot keramiekatelier.


